Entomologie is de tak van de zoölogie die zich bezighoudt met de studie van insecten. Deze zin heb ik gekopieerd van Wikipedia, want ik hou niet zo van moeilijke woorden. Ik hou ook niet zo van insecten, hoewel ik de meeste kan verdragen. Zoals wel vaker het geval is, ben ik ook op dit gebied bevooroordeeld. Schattige lieveheersbeestjes laat ik zonder problemen op mijn hand kruipen, maar kakkerlakken zijn uit den boze. Meikevers zijn cool, andere torren eerder viezig. Ik was niet van plan om te bloggen over insecten, maar af en toe biedt de natuur ons wonderbaarlijke dingen.
Na onze vakantie (die blog heb je nog tegoed) waren T, zijn moeder en ik een aantal dagen lekker thuis. Wandelen, kajakken, babbelen, lezen. En werken in de tuin, want dat doet mijn schoonmoeder graag. Ook T wroette vrolijk mee in de aarde en plantte bloemen en aardbeien en wat nog. Ik beperkte me tot het gras afrijden, want regenwormen zijn ronduit goor en laten me gillen. Mijn auteursbrein vervormt deze wezens altijd in rondkruipende, wriemelende ingewanden van aliens en dus maken mijn nekhaartjes overuren als ik ze zie. Bah!
Gras afrijden is echter wel leuk, want het ruikt lekker en zo deed ik ook een bijdrage. Het was mega-gezellig. Het enige nadeel was dat er gewerkt werd ergens in de buurt. Er klonk al dagenlang een vervelend, continu gezoem. Rond 9 uur 's morgens begon het en tegen 5 uur stopte het.
'Ik hoop dat die werken snel gedaan zijn,' mopperde ik. 'Wat is dat eigenlijk? Een soort zaag?'
'Nee,' zei T. 'Het klinkt meer als een pomp ofzo.'
'Misschien verbouwingswerken ver weg?' opperde mijn schoonmoeder.
De conclusie was dat we geen idee hadden, maar dat het snel gedaan mocht zijn.
Ik verdween naar binnen, want werken in de tuin zorgt voor honger en de rol van keukenprinses bevalt me beter dan die van tuinvrouw. Ik toverde een lekkere maaltijd bij elkaar, sneed in mijn vinger en dekte de tafel. Buiten uiteraard, want het weer is hier fantastisch.
'Je moet eens gaan kijken,' zei mijn schoonmoeder glunderend terwijl ze het terras opkwam.
'Maar niet gillen,' vulde T aan.
Uiteraard was ik instant op mijn hoede. Mijn schoonmoeder is biologe en bijgevolg gefascineerd door alle wonderen der natuur. T kent me door en door en als hij denkt dat ik misschien gil, weet ik dat het iets vettigs zal zijn ...
Ze leidden me naar een struik achteraan in onze tuin. Daar wachtte een scène uit Alien me op. Talloze lege cocons bungelden aan de takken. Allemaal opengebarsten op de rug. Sommige skeletten waren zelfs aan het paren. Ertussen hingen grote insecten die me vervaarlijk aanstaarden met rode ogen.
'Sapperdepietjes!' niet-vloekte ik. 'Wat is dat?'
'Cicaden!' zuchtte mijn schoonmoeder vol bewondering. 'Ongelooflijk hé?!'
Mijn brein deed verwoede pogingen om dit nieuwe dier te catalogiseren.
'Bijten ze?' vroeg ik. 'Steken ze? Leven ze graag in huis?'
Drie maal nee leidde ertoe dat mijn schouderspieren zich ontspanden en mijn vlucht-vecht-vries-reflex op een lager pitje werd gezet. Ik inspecteerde het exoskelettenkerkhof van dichterbij, bekeek de puttekes in de grond waaruit al die beestjes gekropen waren en downloadde alles in mijn hersenen in de map inspiratie voor horrorboeken.
'Straffen toebak,' zei ik. 'Het eten is klaar.'
In de Augusta Chronicle lazen we: "Two broods of cicadas will emerge simultaneously in the U.S. this year, causing a once-in-a-lifetime phenomenon. The double emergence will collectively cover 17 states including Georgia. While each brood of these noisy bugs typically appear every 13 or 17 years, a simultaneous emergence like this has not happened in 221 years and won't happen again until 2245."
Daarmee wisten we gelijk ook waar het zoemende geluid vandaan kwam en dat we het de komende 6 (?) weken zullen horen. Gelukkig tsjirpen cicaden enkel tijdens kantooruren. En nu ik weet dat het geen machines zijn, maar miljarden beesten die een orgie houden, kan ik er best mee leven. Hoe zou je zelf zijn als je na 17 jaar onder de grond eindelijk soortgenoten ziet?
x
V
Comments